Het struinen verleerd
Ik sta aan het begin van de wandeling naar de Hengifoss. Een waterval die ik al verschillende keren bezocht. Een waterval die me iedere keer weer roept als ik voorbij kom rijden. Ik kan niet anders dan mijn auto parkeren en toegeven aan deze roep.
Het is een mooie zonnige dag met extreem blauwe luchten. Het is niet koud, het is niet warm. Het is gewoon het perfecte weer voor een wandeling. Ik duw de poort open en wil mijn eerste stap op het pad zetten als ik nog één keer omkijk.
Ik zie de brug die me naar de andere kant van het water brengt, maar waar geen pad naar boven te vinden is. Langzaam laat ik de poort weer dichtvallen. Ga ik naar de overkant? Loop ik daar naar boven wetende dat er een kans is dat ik mezelf vastloop omdat er geen pad is? Het risico nemen dat ik weer terug moet lopen en zo mijn kostbare tijd heb verspeeld?
Het is zo makkelijk om de gebaande paden te volgen. Makkelijk om terug te gaan naar plaatsen waar je al was om daar de foto die je al ooit maakte opnieuw te maken, maar nu misschien beter. Lastiger is het om je routine los te laten en nieuwe paden te vinden.
Ben ik het struinen verleerd
Ja, we struinen nog wel, maar dan vooral op het internet, maar eenmaal op onze bestemming bewandelen we allemaal hetzelfde pad. Het pad naar die ene foto, die ene locatie, die op ons beeldscherm zo’n ongelooflijke indruk maakte dat we niet anders kunnen dan deze foto ook te maken.
Ik laat de poort los, steek de brug over en loop door het hoge gras omhoog. Nog niet wetende wat deze wandeling me gaat brengen. Aan de overkant zie ik mensen wandelen op het gebaande pad. Ze kijken me soms meewarig aan. Ze denken vast dat ik aan de verkeerde kant loop, maar ik weet beter. Ik heb de juiste keuze gemaakt.